Ziekte

Cavia’s zijn prooidieren en daarom weten zij ziekteverschijnselen heel goed en lang te verbergen. Ieder teken van zwakte maakt prooidieren immers eerder doelwit voor een roofdier. Gelukkig zijn er bij jou thuis geen roofdieren, maar dat weet jouw zieke cavia niet. Een zieke cavia is daarom minder goed te herkennen dan bijvoorbeeld een zieke kat of hond.

Als eigenaar ken jij jouw dieren het beste. Het maakt dat jij kleine veranderingen – afwijkingen op ‘het normaal’ van jouw cavia – goed kan (leren) herkennen. Denk hierbij aan: veranderingen in gedrag, eet- of drink gewoontes, keutels die qua vorm afwijken, ademhaling die zichtbaar intensiever is en blijft, nieuwe geluiden, veranderingen in het gewicht, afwijkingen in de vacht of op de huid.

Bij twijfel – ook voor jouw geruststelling – raadpleeg je bij voorkeur een cavia-dierenarts. Goed om te weten: het stellen van een diagnose is iets dat uitsluitend mag worden gedaan door een dierenarts die jouw dier zelf heeft onderzocht. Soms kan het wel op afstand, bijvoorbeeld wanneer een dierenarts een verslag en/of een röntgenfoto naar een andere dierenarts heeft doorgestuurd voor een zogenaamde second opinie. Een diagnose kan en mag niet gesteld worden via een internetforum of Facebookgroep door een andere cavialiefhebber.

Schermafbeelding?

Liever niet. Caviawijzer stelt het zeer op prijs als je geen schermafbeeldingen deelt op sociale media. In plaats daarvan willen wij  je vragen de link naar deze website te delen op Facebook, Instagram of Twitter. Waarom? Op deze manier deel je namelijk altijd de laatste versie, want er verandert nog wel eens wat. Daarbij verwijs je op deze manier naar de originele bron, namelijk deze website. En daar worden onze auteurs (met hun rechten) blij van. Dank je wel.

Diarree

Afwijkende keutels moeten altijd jouw aandacht hebben. Gelukkig is dat iets wat je zelf direct kunt zien. Een afwijkende keutel is natuurlijk nog geen diarree. Diarree is dunne waterige ontlasting, dat er uitloopt of er met golven van kramp uitkomt. Diarree is vaak een symptoom van een darminfectie en is vrijwel altijd een reden om zo spoedig mogelijk naar een dierenarts te gaan. Door diarree verliest de cavia namelijk snel (te) veel vocht en waardevolle voedingstoffen. Soms zit er bloed bij de diarree. Zorg ervoor dat jouw cavia binnen enkele uren door een dierenarts wordt gezien.

Plakpoep

Afwijkende keutels zijn vaker plakpoep. De keutels zijn dan zachter en vormlozer dan normaal. Er is dus (nog) geen sprake van waterige diarree. Plakpoep herken je ook goed aan meerdere keutels die aan elkaar geplakt zijn en tot een grotere hoop (drol) vormen. Soms kun je zelfs helemaal keutels meer onderscheiden, maar is het nog geen dunne waterige poep.
Plakpoep is geen reden voor spoed en kan vanzelf overgaan. Plakpoep kan het gevolg zijn van een (tijdelijke) verstoring van de bacteriën die in de darm leven. Bijvoorbeeld door wisseling van voer, ietwat verlept groenvoer, vies/oud (kraan)water of door antibioticagebruik. Plakpoep kan ook het gevolg zijn van een infectie (schimmels, gisten, bacteriën) van de darm of onderliggende ziekte van de blaas of gebit.
Als vuistregel kun je aanhouden: wanneer plakpoep langer dan 48 uur aanhoudt of wanneer de ontlasting snel dunner wordt raadpleeg je een dierenarts.

Gedrag

Is het gedrag van jouw cavia plotseling veranderd? Is de cavia bijvoorbeeld minder actief of zie je het dier steeds vaker liggen? Het minder actief worden kan bij ouderdom horen, maar ook een hartaandoening veroorzaakt zichtbare ‘luiheid’. Bij twijfel kan een dierenarts de cavia onderzoeken.
Afwijkend eetgedrag kan aandacht nodig hebben. Het knagen aan de tralie van de kooi of het eten van de bodembedekker of andere niet-eetbare zaken kan een teken van pijn zijn. Het kan ook een uiting van verveling of eenzaamheid zijn. Bij twijfel kan een dierenarts de cavia onderzoeken.
Pas wanneer het gedrag van jouw cavia plotseling sterk veranderd is er meer haast bij een bezoek aan de dierenarts. Denk aan: de cavia zit bol en stil in een hoekje van het verblijf, stopt met eten of ligt met gestrekte poten plat op de buik en beweegt nauwelijks.

Gewichtsverlies

Meten is weten. Wegen is een handige meetmethode om de gezondheid van de cavia te monitoren. Het is niet belastend zolang je een comfortabele weegschaal gebruikt en de cavia niet meermaals per dag weegt. Weeg de cavia op een vaste dag en tijdstip eens per week, twee weken of maand.
Een verschil van zo’n 10-20 gram meer of minder is bij een volwassen cavia geen reden tot zorgen. En bij een skinnycavia al helemaal niet. Verschillen van 50-100 gram zijn een reden om alert te zijn. Je kan bij zo’n verschil wat vaker gaan wegen om te achterhalen of de cavia nog verder afvalt. Wanneer dat inderdaad zo is maak je een afspraak bij de dierenarts.
Een afname in gewicht heeft verschillende oorzaken: aanpassingen in het dieet, stress of ziekte. Ben je bijvoorbeeld minder zoet fruit en brokken gaan geven of gestopt met knaagdiersnoep?
Heb je niets verandert aan het dieet dan eet de cavia misschien wel minder. Een cavia die minder eet heeft last van gebit of buik, misselijkheid, hele erge pijn of heeft door bepaalde medicatie (tijdelijk) geen eetlust.
Zet de cavia even apart, geef het wat te eten en observeer het gedrag van de cavia. Typisch bij gebitsproblemen is het oppakken van eten en het weer laten vallen. Het lijkt eten maar is het niet. Ga met een cavia die minder eet altijd naar een dierenarts.

Niet eten

Jouw cavia zit in een hoekje en komt niet eten. Je biedt het lekkerste hapje aan voor zijn neus en nog is er geen interesse. Dit is een slecht teken. Bezoek dan met spoed een dierenarts. Een cavia moet blijven eten om de darmen goed te laten werken. Als de darmen eenmaal stilliggen is het te laat.
De dierenarts kan met een injectie een geneesmiddel (een darmstimulant) inspuiten om de darmen aan het werk te zetten. Ook kan de dierenarts de cavia een vochtinfuus geven, zodat de cavia voldoende vocht binnenkrijgt. De darmstimulant en het vocht zijn belangrijk om de darmen van de cavia werkend te houden.

Niet keutelen

Is de cavia gestopt met keutelen? Dan is de kans groot dat de darmen zijn verstopt. Bezoek dan met spoed een dierenarts. De dierenarts heeft enkele middelen waarmee de verstopping kan worden verholpen en de darmen gestimuleerd kunnen worden. Zelf kun je alvast beginnen met het masseren van de buik en de cavia in een ren te zetten. Veel lopen is ook goed voor de darmbeweging. Pas op met bijvoeren. Laat de cavia vooral zelf kleine beetjes eten en liefst van vochtrijke groente zoals komkommer.

Reutel (geluid)

Hoor je een knor, fluit of piep in de neus. Of lijkt het alsof er iemand in huis een mini-aapje (hoeeee-hoeee-hoeee) nadoet? Dan kan het zijn dat het jouw cavia is die reutelt. Dit geluid komt uit de neus en kan veroorzaakt worden door iets dat in de neus zit. Stof, slijm of omdat de cavia te gulzig heeft gegeten en zich verslikt heeft. Dat laatste is veelal na enkele uren over en dan is ook de reutel weg. Neem als vuistregel: is de reutel na 24 uur nog aanwezig, ga dan even voor controle naar de dierenarts. Een reutel kan dan het gevolg van een luchtweginfectie (“verkoudheid”) zijn. Deze “verkoudheid” is bij cavia helaas niet zo onschuldig en gaat niet vanzelf over. Maak met spoed een afspraak bij de dierenarts als de cavia naast de reutel ook erg benauwd (buikpomp) is of wanneer de cavia snel slechter wordt.

Buikpomp

Haalt jouw cavia snel en zeer opzichtig adem? En zie je met name de buik flink op en neer gaan? De cavia is als het ware heel erg aan het pompen met de buik (buikpomp)? Bezoek dan met spoed een dierenarts.
De cavia heeft dan ademnood vanwege een ernstige luchtweginfectie (longontsteking) of hartfalen. Of hele erg pijn of buikpijn (gasbuik).

Temperatuur

Cavia’s krijgen nauwelijks koorts. Hooguit pieken, die dan net toevallig moeten worden gemeten. Een cavia kan wel een te lage temperatuur hebben, maar dat is meestal een heel slecht teken. De cavia is dan heel erg ziek. Een lagere temperatuur is door een caviakundige dierenarts goed met de blote hand te voelen. Een temperatuurmeting is bij de cavia dus niet heel zinvol. Wil de dierenarts toch de temperatuur meten, laat de dierenarts dan een oorthermometer gebruiken. De ogenschijnlijk gangbare rectale (via het achterste) methode kan bij cavia’s eenvoudig de darm beschadigen. Skinnycavia’s zijn hier bijzonder gevoelig voor.

Tranend oog

Een nattig oog met helder vocht kan een teken zijn van een luchtweginfectie, maar ook overgevoeligheid of irritatie kan de oorzaak zijn. Soms is het een klein haartje dat steeds in het oog steekt waardoor het oog traant. Als het een haartje betreft, dan kun je deze zelf voorzichtig wegknippen. Wat betreft overgevoeligheid kun je onderzoeken of een andere bodembedekker helpt. Verder is het belangrijk niet te roken bij cavia’s en geurkaarsen e.d. niet te plaatsen in de buurt van het caviahuis. Om uit te sluiten of het tranende oog een teken van een luchtweginfectie is, bezoek je de dierenarts.

Plekje in het oog
Troebel oog

Cavia-oogjes zijn kwetsbaar. Een stukje hooi, een stukje groente, een nagel van een maatje. Een kras is zo gemaakt. Mocht je een wit stukje in het oog zien, of een oog wat troebel oogt, ga dan naar de dierenarts. Het witte plekje is vaak het gevolg van een beschadiging en daardoor een ontsteking. Voor een ontsteking in het oog heb je antibioticazalf nodig. Deze is verkrijgbaar via de dierenarts. Een troebel oog kan in minder voorkomende gevallen ook het gevolg zijn van ziekte, zoals diabetes mellitus of suikerziekte. Het is dan belangrijk de ziekte te behandelen.

VERANTWOORDING
In de diergeneeskunde kan niet altijd geput worden uit grote klinische studies, waarin veel dieren zijn onderzocht. Nieuwe inzichten in diagnose en behandeling kunnen voortkomen uit: bestaande wetenschappelijke kennis, resultaten uit medisch onderzoek (proefdieronderzoek), specifiek diergeneeskundig onderzoek en ervaringen uit de dierenartspraktijk. Ook kan een methode of behandeling gebaseerd zijn op een combinatie van wetenschappelijke onderbouwde argumentatie t.a.v. een onderwerp en klinische ervaring uit de praktijk, een zogenaamde ‘expert opinion’.

WETENSCHAPPELIJKE REFERENTIES
Hrapkiewicz K, Medina LV.  ‘Clinical Laboratory Animal Medicine’, Blackwell Publishing (2007).
Popesko, P et al. ‘A Colour Atlas of the Anatomy of Small Laboratory Animals , Volume I: Rabbit, the Guinea Pig’, (1992).
Richardson VCG. ‘Diseases of Domestic Guinea Pigs’, Blackwell Publishing (2000).
Suckow MA, Stevens KA, Wilson RP.  ‘The Laboratory Rabbit, Guinea Pig, Hamster and Other Rodents’, Academic Press (2012).

Deze pagina is voor het laatst bijgewerkt op: 20-4-2022

Inhoud van deze website is onderheven aan veranderingen, tevens beschermd met auteursrechten. Deel de link, niet de schermafbeelding!